
"Was het mogelijk dat er een Schepper was? Dat zou betekenen dat ik geen controle had en een schepping was. Het bracht me in verwarring en daagde alles uit wat ik dacht. ."
voor Eeuwigheid Nieuws, doet Naomi Reed verslag van geloofsreizen. Onder hen is die van Shaun, een wetenschapper die lang dacht dat de Bijbel "onzin" was.
Shaun groeide op in een christelijk gezin. Als kind ging hij naar de zondagsschool, maar had er altijd een hekel aan. "Ik dacht dat het onzin was", herinnert hij zich.
Toen hij opgroeide, was zijn "grootste probleem creatie versus evolutie".
"Op de universiteit hadden professoren het constant over cellen die in vissen veranderen, dan kikkers en dan landdieren. Er was geen andere manier om het te zien. Het was gewoon onzin voor mij, als een sprookje."
Na zijn studie heeft hij een relatie met Tracey. Als ze gaan samenwonen, wordt ze christen. "Ze vroeg me om met haar naar de kerk te gaan en ik stemde ermee in... Omdat ik van haar hield", legt hij uit.
Ze biedt hem ook aan om de Bijbel te lezen.
"Ik las het voor 5 seconden en gooide het op het bed. Het was nog steeds onzin."
Maar Shaun roept echter vragen op. Tracey antwoordt altijd: "Laten we eens kijken wat de pastoor zegt". En elke week beantwoordde de predikant de vragen van Shaun in zijn preek. "Wat is er aan de hand? Heb je met deze man gesproken?" vroeg Shaun aan Tracey. Maar nee, ze had hem niet gesproken.
Na 4 weken accepteert Shaun, "ja, oké, er zou hier iets kunnen zijn". Hij neemt boeken die de pastoor hem leent, over schepping en evolutie.
"Het bleek dat er misschien een andere wetenschappelijke manier was om de wereld om ons heen te observeren en te interpreteren. (...) Ik begon me af te vragen. Was het mogelijk dat er een Schepper was? Dat zou betekenen dat ik de controle kwijt was en ik was een schepping. Het bracht me in de war en daagde alles uit wat ik dacht. Als ik niet de top van de stapel was... Als ik geschapen was, dan had ik een probleem. Het betekende dat ik in een andere positie zat, tegenover een Schepper ."
Vervolgens richt hij een gebed tot God: "God, als u bent wat ik denk dat u bent, help me dan te geloven". "De volgende ochtend wist ik dat het waar was. Er was een Schepper. Er veranderde iets in mij, van de ene op de andere dag, en ik geloofde het. Ik wist plotseling wie ik was, als een schepping. (...) Mijn hele leven had ik Ik was iemand die graag de touwtjes in handen had, en die dag vertrouwde ik God, die de touwtjes in handen had. Allemaal onzin!"
MC