
Terwijl de ondergrondse kerk in Iran blijft groeien, zetten Bijbelvertalers hun leven op het spel om het evangelie in lokale dialecten te vertalen.
Door de snelle groei van de ondergrondse kerk in Iran ontstond er een dringende behoefte aan Bijbelvertalingen. OntvouweninWord, een non-profitorganisatie die al bijna zeven jaar actief is, speelt een centrale rol in de inspanningen voor het vertalen van de Bijbel door samen te werken met kerkleiders over de hele wereld en vooral in Iran.
De kerkgerichte aanpak biedt lokale christenen instrumenten en training om de theologische integriteit van vertalingen te waarborgen. Dankzij de organisatie nemen Iraanse christenen dus actief deel aan de vertaling van het Evangelie in hun moedertaal, ondanks de grote risico's die daaraan verbonden zijn.
Twee Iraanse vrouwen, Miriam en Stella (om veiligheidsredenen zijn dit valse namen, noot van de redactie), getuigen over hun ervaringen als bijbelvertalers bij de Christian Post.
Miriam bespreekt de uitdagingen waarmee ze wordt geconfronteerd vanwege haar christelijk geloof in een land dat op de achtste plaats staat in de 2023 Global Christian Persecution Index van de NGO Portes Ouvertes. Ze zegt dat ze zich “diep vereerd” voelt dat ze het Woord van God aan haar volk mag brengen.
"God is mijn Vader. Ik voel me diep vereerd om deel uit te maken van dit werk om het Woord van God naar mijn volk te brengen."
Ondanks het gevaar zet deze moedige moeder dus vastberaden haar vertaalwerk voort, waarbij ze het cruciale belang benadrukt van het hebben van toegang tot de Bijbel in de moedertaal om het begrip en de overdracht van het geloof te vergemakkelijken.
"Ik kan me niet eens voorstellen dat ik dit onvoltooide werk los zou laten. Ik moet het doorzetten en het resultaat zien. Ik wil mijn dierbaren de verlossing in Christus zien ervaren. Dat is mijn droom: dat mijn volk over God kan praten en zich kan uitspreken Zijn naam vrijuit, zonder enige aarzeling, zonder enige angst."
Een andere vertaler, Stella, zegt dat ze na de dood van haar man troost en hoop vond in het christelijk geloof. Door de Bijbel in het Farsi te lezen ontdekte ze dat het christendom verder gaat dan een eenvoudige religie, maar dat het een persoonlijke relatie met God is.
"Toen ik een nieuwe gelovige was, dacht ik: 'Oké, ik zal gewoon mijn religie veranderen.' Maar toen ik over de Heilige Geest hoorde, begreep ik dat het een relatie is, geen religie."
Momenteel bezig met het vertalen van de Bijbel in haar moedertaal, heeft Stella haar schoonzus door haar vertaalwerk christen zien worden. Tegenwoordig maakt ze deel uit van een grotere groep Bijbelvertalers en is ze van plan haar missie voort te zetten om ‘God naar haar stad en haar volk te brengen’.
"Ik hou van mijn moedertaal. Ik componeer gedichten, ik schrijf de context, ik stel de zin op. Ik neem alles op. ... Ik weet dat dit allemaal Gods werk voor ons is. God wil dat we dit doen. ... Ik denk aan mijn moeder, mijn vader, mijn jeugd. En iedereen die dat nu niet heeft. Ik wil God heel graag naar mijn stad en naar mijn volk brengen."
Miriam van haar kant roept op tot gebed, zodat meer mensen die haar moedertaal spreken zich bij dit grote project zullen aansluiten.
“Ik wil dat mijn kinderen de vruchten van mijn werk ervaren, zodat ze Jezus via hun moedertaal kunnen leren kennen. Ik had nooit gedacht dat dit project zo groot zou worden. Maar ik heb geleerd dat het niet alleen om mij gaat”, zei ze.
Camille Westphal Perrier